Scheveningen: We krijgen twee punten te weinig

17 november 2003
Hoofdklasse
In de slotminuut veerden de toeschouwers plots op. Zou Capelle toch capituleren voor Scheveningen? Na de omhaal van Matthijs Seilberger hield iedereen de adem in. Net voordat de bal over de lijn dreigde te rollen, kreeg Alex van Duivenbode er z'n voet tegenaan. Zo eindigde de schaakpartij toch in remise (0-0).
Opnieuw geen nederlaag. De stroeve start die de voetballers van Scheveningen-za in de hoofdklasse kenden, lijkt de ploeg van trainer John Blok niet meer te achtervolgen. "Toch hebben we twee punten laten liggen", vond Blok niettemin. "Uit verloren we met 4-2. Capelle staat bekend als een counterploeg, één van de best georganiseerde ploegen uit onze klasse. Tuurlijk, als je weet dat Capelle met 6-1 van Excelsior Maassluis heeft gewonnen en ook uit Hoek heeft geklopt, dan mag je vandaag niet ontevreden zijn. Maar in de tweede helft hebben we gedomineerd. We zijn rustig gebleven en kregen een paar dotten van kansen. Achteraf moet ik dan zeggen dat we twee punten te weinig hebben gekregen." Scheveningen-Capelle stond zaterdagmiddag, bovenal voor de pauze, in het teken van het aftasten van elkaars mogelijkheden. Capelle loerde op de foutjes in de verdediging van de groenwitten, Scheveningen poogde een gaatje te vinden in de vesting die de bezoekers hadden opgetrokken. Die gaatjes metselde Capelle voortdurend dicht. Angst regeerde stilaan achterin. De centrumverdedigers Wesley van Maren en Sander Klapwijk speelden de bal niet alleen veelvuldig naar elkaar, maar ook geregeld naar doelman Maurice Langstraat toe. John Blok: "Angst? Het ging er gewoon om dat we in balbezit bleven. Dan moet je geduld opbrengen. Je kunt wel de lange bal spelen, maar dat had weinig zin als je bijna met twintig spelers op één helft speelt en je steeds achter de bal moet hollen als je een kopduel verliest. De lange bal had geen zin, onder meer omdat ze kopsterke verdedigers hadden." Capelle kwam nauwelijks in de problemen, hoe Scheveningen ook probeerde een opening te vinden. Vrije verdediger Michiel Sol vond dan wel geregeld feilloos Maurice Escalona, echt lastig kon de flankspeler het zijn directe tegenstander Jeffrey de Bie niet maken. Aan de overzijde lieten de boomlange Patrick Molendijk en Serge Bossman zich evenmin verrassen. De hoogtepunten waren de doelpogingen van de Capellenaar Henk Roeland (strak schot uit de draai) en Kees Thies (te slappe schuiver). Gewaagd Na rust controleerde Scheveningen niet alleen de wedstrijd, de gastheren forceerden ook meer kansen. Blok: "We bleven gewoon hetzelfde systeem spelen. Tegen een ploeg als Capelle is het misschien gewaagd met drie spitsen te spelen, maar je moet het toch maar durven. Het inspelen vanaf het middenveld ging beter. Ja, en als je dan twee, drie dotten van kansen krijgt, moet je er toch wel één maken." Hendrik Grünholz mocht, vrijstaand, in de twintigste minuut aanleggen, maar uit een fluwelen pass van balgoochelaar Thies schoot de bal van z'n voet. Ook Maurice Escalona kreeg de bal niet onder controle toen hij een presentje van invaller Alex van Duivenbode kreeg aangeboden en alleen op keeper Jim Nederhand afliep. Capelle, dat zo snel mogelijk puntspeler Arne van Gelder wilde bereiken, maakte het Scheveningen eigenlijk maar één keer echt moeilijk, nota bene via een kanonsvogel die Patrick Molendijk, één van de uitblinkers aan Capelle-zijde, van grote afstand uit zijn rechtervoet liet verdwijnen. De bal zeilde met hoge snelheid over het doel van Langstraat. Maurice Escalona had evenzeer kruit in de wreef. Met een katachtige redding voorkwam Nederhand de openingstreffer. Invaller Matthijs Seilberger kon als debutant bij Scheveningen één van mijn meest memorabele zaterdagmiddagen beleven. Hij drong in de 84ste minuut door de oerdegelijke verdediging van Capelle, maar stuitte op Nederhand. En vlak voor het eindsignaal toverde hij een omhaal te voorschijn die iedereen te machtig was. Behalve voor Alex van Duivenbode die met een uiterste krachtsinspanning de soliditeit van de Capellenaren nog eens onderstreepte. "Ongelooflijk toch?", zei Seilberger. "Hoe krijgt die jongen het voor elkaar om die bal net voor de lijn weg te schieten? We kregen niet zo heel veel kansen tegen Capelle. Maar in de laatste minuut valt die bal voor mijn voeten. Ik stond met m'n rug naar het doel, er vielen wat spelers op de grond en ik probeerde met links een omhaal. Was toch al lastig genoeg, omdat de bal op dit veld alle kanten op stuitert. Maar het lukte en negen van de tien keer valt-ie." Hij viel deze keer niet.