Hoek heeft weer een topspits
14 oktober 2006
Hoek 1
Het bord voor zijn huis geeft aan dat Jan Huygens, osteopaat, alleen op afspraak behandelt. De nieuwe topspits van Hoek heeft een praktijk in één van de voorsteden van Brussel en een hobby over de grens. Dat is even wennen na al die clubs die hij in België heeft versleten, maar scoren doet hij overal. En in Hoek uit alle standen. Wie is toch die spits die zo maar ineens opdook en een bliksemstart heeft gemaakt?
Hij woont samen met zijn verloofde Sara, heeft een pijlsnelle rashond als mascotte, runt in zijn eentje een praktijk in Affligem en heeft achter zijn monumentale huis een grasveld zo groot als een voetbalveld. De 29-jarige Jan Huygens had in zijn carrière al tien clubs gehad, toen hij dit jaar met Hoek in onderhandeling ging. „Ze hebben mij aangetrokken zonder te zien. Daar ben ik de club heel dankbaar voor.“
De transfer van de topscorer, die geboren is in Gent en nu met zijn verloofde en de hond Grigio (Italiaans voor grijs) niet zo ver van Brussel woont, berust op een wonderlijk toeval. Jan Huygens speelde vorig jaar in Willebroek en moest op zoek naar een nieuwe club. „Mijn verloofde volgt een opleiding in de marketing en zit in de klas bij Robbie de Moor, de keeper die door Hoek was benaderd. Op een dag zei hij tegen Sara: heeft Jan al een nieuwe club gevonden? Hij vertelde dat Hoek een spits zocht en via mijn manager heb ik contact gelegd. Ik heb mijn cijfers (doelpunten) getoond en we zijn snel tot een akkoord gekomen.“
Hoek haalde ongezien een speler in huis, die nu al wordt vergeleken met spitsen als Dave Gijsel en Rieno van Oost. Jan Huygens, goed voor zeven goals in nog geen vier complete wedstrijden, is op het eerste gezicht een ander type spits. Minder snel en beweeglijk, maar sterker in de lucht en minstens zo trefzeker.
„Ik ben in tien jaar een andere spits geworden“, vindt hij zelf. „Toen ik jonger was, was ik een counterspits, nu ben ik een spits voor de zestienmeter.“ Hij voelt zich perfect op zijn plaats bij Hoek. „Ik word door sterke vleugels op maat bediend en er is veel aanvoer vanuit het middenveld. Zoals Hoek speelt, heb ik het in België niet vaak meegemaakt. Het is een andere cultuur, met aanvallender voetbal en met een ander soort tegenstanders. Ik sta nu meestal tegen verdedigers die niet zo meedogenloos zijn als in België. Dat komt, denk ik, door het kaartensysteem in Nederland. De straffen voor gele kaarten zijn zwaarder, daardoor wordt er minder hard getackeld.“
Veel scoren deed Huygens altijd al, maar als jonge speler, met een vierjarige opleiding bij Anderlecht, heeft hij zich later niet meer in de kijker van topclubs kunnen spelen. Vanaf zijn vijftiende jaar trok hij van de ene naar de andere club. Eendracht Aalst, Hekelgem, Heirnis Gent, Denderleeuw, Union St. Gilles, Roeselaere, maar nooit in de hoogste klasse van België.
Studie
„Ik heb de voorkeur gegeven aan mijn studie“, vertelt hij over zijn jeugdjaren. Hij kwam uit een gezin met vier jongens en een meisje, groeide op in Gent en Wetteren en is later verhuisd naar Affligem, waar zijn vader eigenaar is van een textielfabriek. „Ik heb de universiteit gedaan in Gent en ben na die studie gelijk de praktijk ingegaan als fysiotherapeut. Maar ik zag al snel in dat ik met die opleiding geen mensen beter kon maken. Daarom ben ik me gaan verdiepen in de osteopathie, die de oorsprong van pijnkwalen opspoort.“
Hij heeft zijn praktijk in Affligem, in een kolossaal huis dat hij eerst gehuurd en pas geleden heeft gekocht van zijn voorouders. „Het zijn vaak de zwaarste gevallen die naar mij komen. Mensen die overal al geweest zijn en maar niet van de pijn af kunnen komen. Die komen meestal bij een osteopaat terecht.“
Financiële nood
Voor de zwerftocht, die hem langs zo veel clubs heeft gebracht, kan hij wel een verklaring vinden. Bij Denderleeuw raakte Huygens met een kuitbeenbreuk uit beeld, Roeselaere bleek na een jaar te veel reistijd op te slokken, Union St. Gilles kwam in financiële nood en moest de duurste spelers verkopen en Willebroek zette na een rampjaar alle nieuwe aankopen op straat.
Zijn nieuwe omgeving werkt inspirerend. „We hebben een mooi, jong elftal waar veel voetbal inzit.“ Hij schat Hoek minstens in op een positie in de topvijf. „De betere ploegen moeten nog komen, want ik ben niet onder de indruk van de tegenstanders die we tot nu toe hebben gehad. Ik ben vooral benieuwd naar Quick Boys en IJsselmeervogels. In die wedstrijden zullen we pas zien of we titelkandidaat zijn.“
Tegen SSV’65, vanmiddag tegenstander in een uitwedstrijd, moet Hoek de positie bovenin kunnen versterken. Huygens: „Ik hoop op een goed veld en op een betere wedstrijd dan tegen op de eerste dag tegen Kloetinge. Dat was de slechtste tot nu toe. We hebben daarna wel laten zien dat we veel beter kunnen.“